Lizé stelde voor om in de plaats een dagje mee te lopen op haar school, de laerskool 'Hugo Rust'.
Zij geeft daar Afrikaans en kunst.
Dit vonden we een leuk alternatief en we gingen graag op haar aanbod in. De school dagen beginnen iets vroeger dan bij ons, namelijk om half 8. De dag eindigt om 14 uur.
Lizé had geprobeerd om mij in de hogere graden te laten mee volgen.
De lagere school gaat hier tot graad 9, dit is ongeveer hetzelfde als onze eerste twee leerjaren in het middelbaar. Eén graad omvat hier ook maar één jaar, terwijl het bij ons twee jaren omvat.
Zo gezegd zo gedaan!
Het eerste uur volgde ik de les in graad 6 bij juf Marina. Deze les handelde over zelfstandige naamwoorden. Het was een zeer interactieve les waarin de leerlingen zelf veel voorbeelden mochten zoeken, een manier waarop ze veel beter leren en onthouden.
De leerlingen stonden versteld toen ik vertelde dat je in de meeste scholen in België mag kiezen wat je aandoet. Juf Marina legde me uit dat wanneer de klassen drie keer hun lokaal proper hadden opgeruimd ze op vrijdag niet hun uniform moesten aandoen en zelf mochten kiezen met wat ze naar school kwamen. Dat was voor alle leerlingen een zeer goede stimulans om op te ruimen.
De tweede les volgde ik bij Lizé, de leerlingen waren hier bezig met het inoefenen van een dialoogje dat ze volgende week moeten voorbrengen. Dit deden ze in het zalige zonnetje buiten! Ik dacht direct terug aan onze lessen Nederlands waarin Mvr. Vonck ons aanspoorde om eens uit het klaslokaal te gaan, dit hebben ze hier dus zeker begrepen.
Daarna zou ik normaal gezien biologie volgen in graad 5. Maar na 5 minuten legde de leerkracht de les stil en vroeg hij of ik mij graag wou voorstellen, dé ultieme test om te zien of mijn Afrikaans al verbeterd is dus "Ja, ek wil graag probeer. Maar julle moet stadig praat anders ek ni versta ni."
De leerkracht verliet de klas en ik kreeg de resterende 55 minuten volledig ter beschikking, een lesje improvisatie dus.
Maar wat vertel je over België aan kinderen van 10 jaar?
Ik vertelde hen dat België een zeer klein land is, kleiner dan de Westkaap. Ze vonden het raar dat er zo 'n kleine landen bestonden. Op de kaart van Europa die in hun klas hing stond ons land zelf niet aangeduid! Op deze kaart grensde Nederland een Frankrijk.
Ik vertelde ook over het koude weer tijdens onze winters en de leerlingen lachten wanneer ik zei dat 30°C in ons land 'baie warm' is. Ze vonden het wel heel leuk dat wij 's winters in de sneeuw kunnen spelen, de blauwe plekken die het ijzige weer met zich meebrengen liet ik achterwege.
De leerlingen hadden ook heel veel vragen voor mij: welk eten is typisch Belgisch? Van welke muziek hou jij? Hoe is een schooldag in België?
Dan volgde een vraag die ik niet verwachtte: Kan jij jouw volkslied zingen?
Ik vertelde hen met de nodige schaamte dat ik enkel de eerste zin ken en dat wij ons volkslied amper zingen.
Hierop wouden de leerlingen heel graag hun volkslied zingen!
Ze zingen dezelfde tekst drie keer, één keer in Xhosa (kliktaal), één keer in het Afrikaans en afsluiten doen ze met de Engelse versie.
Op onderstaand filmpje kan je de Afrikaanse versie bekijken.
De leerlingen wouden ook een woordje Nederlands leren. Ze vroegen me om enkele zinnetjes in mijn taal te zeggen. Klassiekers zoals 'ik hou van jou' en 'ik heb twee broers'.
Een kleine zweem Melseels wanneer de leerlingen mij erop wezen dat ik niet 'paard' maar 'peird' moest zeggen in het Afrikaans.
Woorden als 'schoenen' , 'keuken' en 'douche' vonden ze dan weer zeer lachwekkend.
De laatste les was een slaapverwekkende les aardrijkskunde, mnr. Van Acker had het moeten zien! De leerkracht vertelde zelf alle theorie, niets kwam uit de leerlingen. Wanneer de leerlingen een verhaal wouden vertellen reageerde hij allebehalve geïnteresseerd. En eindigen met een grote zonde, een filmpje dat langer dan een kwartier duurde, zonder enige inleiding of lesinhoud. Het resultaat was ernaar, geeuwende kinderen die hun aandacht niet bij de les konden houden. Een ongelijke strijd tussen hun oogleden en de zwaartekracht was het gevolg. Waar is mijn 'slechte ideeënboek' als ik het nodig heb...?
Een leuk detail, de kinderen lopen hier school op hun blote voeten! Tot graad 7 mogen ze hun schoenen thuislaten omdat die veel te warm zitten. Vanaf graad 7 moeten ze die wel dragen, zo bereiden ze zich voor op de lessen in de hoërskool (ons secundair onderwijs). Daar moeten ze immers wel schoenen dragen.
Vanavond sluiten we onze week in Wellington af met - hoe kan het ook anders - braaie!
Morgen vertrekken Ruth, Sien, Tom en ik naar Klapmuts. Daar zullen we lessen observeren en hopelijk zoveel mogelijk zelf geven in een zeer arme school. Het zal een kennismaking worden met de arme kant van Zuid-Afrika waarin kindjes met gevaar voor eigen leven naar school komen, leven in townships en vaak het slachtoffer zijn van het FAS-syndroom, een aandoening waarbij de kindjes mentaal en lichamelijk achterstaan door blootstelling aan te veel alcohol tijdens de zwangerschap.
Dit kan enkel een ware eyeopener worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten